4. Begeleid Werken als methodiek

4. Begeleid Werken als methodiek

Wanneer een cliënt zich aanmeldt bij een dienst Begeleid Werken, wordt meestal eenzelfde stappenplan gevolgd. Het gaat om een traject zoals beschreven in de methodiek van Supported Employment. Dat betekent letterlijk ‘ondersteunde tewerkstelling’ en is een methodiek om mensen met een arbeidshandicap de ondersteuning te bieden die ze nodig hebben om ingeschakeld te worden in de open arbeidsmarkt.

Vijf stappen komen telkens terug:

• Intake
• Assessment
• Jobfinding
• Jobmatching
• Jobcoaching

De hieronder beschreven methodiek is geen basisrecept dat een geslaagd traject waarborgt. Het is wel een stevige kapstok die een houvast biedt voor elke jobcoach.

In het buitenland worden de verscheidene stappen vaak aan meerdere personen of diensten toegewezen. In Vlaanderen doorloopt de jobcoach meestal het hele traject. Zo raken cliënt en jobcoach goed op elkaar afgestemd en ontstaat een vertrouwensband die nodig is om soms moeilijke trajecten te doorlopen.

1. Intake

In een eerste kennismaking stelt de dienst Begeleid Werken zich voor en worden de verwachtingen van de cliënt in kaart gebracht. Begeleid Werken speelt immers enkel in op de vraag naar een onbezoldigde inschakeling in het gewone arbeidscircuit. Wanneer uit een verkennend gesprek blijkt dat de cliënt liever in groep werkt, betaalde arbeid wenst (en die ook lijkt aan te kunnen) of eerder een vrijetijdsvraag heeft, dan wordt hij of zij beter doorverwezen naar andere diensten of voorzieningen als arbeidszorgcentra, dagcentra, GTB of vrijetijdswerking.

Diensten Begeleid Werken maken best gebruik van een intakeformulier, waarop de nodige administratieve gegevens worden genoteerd. Er wordt in kaart gebracht welke ondersteuning de cliënt nodig lijkt te hebben, wat zijn schoolverleden is en welke werkervaringen hij reeds heeft, wat zijn inkomenssituatie en sociaal statuut is en welke verwachtingen hij heeft van de dienst Begeleid Werken. Die gegevens kunnen aangevuld worden met verslagen van doorverwijzers. Eventueel kan ook al een eerste beeld gevormd worden van het sociale netwerk en de steun die dit netwerk kan bieden voor de cliënt.

Tips:

• Sommige informatie kan het best gestaafd worden met een officieel document. Door de veelheid van uitkeringsstelsels, tegemoetkomingen en erkenningen kan mondelinge informatie soms onvolledig of onjuist zijn.

• Na het kennismakingsgesprek is het handig om een informatiebrochure mee te geven op het niveau van de cliënt en zijn netwerk. Steeds meer personen met een beperking kennen hun weg op het internet en kunnen nuttige informatie terugvinden op websites zoals www.begeleidwerken.be, www.werkburo.be of www.wai-not.be.

2. Assessment

In deze stap wordt het profiel van de cliënt geschetst. Er wordt gepeild naar wensen en ambities, naar mogelijkheden en capaciteiten, maar ook naar problemen en beperkingen. In deze fase begint de intensieve samenwerking tussen cliënt en jobcoach.

De beeldvorming is een eerste zeer belangrijke stap. Om een cliënt goed te kunnen ondersteunen, moet een degelijk beeld gevormd worden van de wensen, mogelijkheden en beperkingen van de cliënt. Die beeldvorming gebeurt aan de hand van gesprekken met de cliënt en zijn omgeving en met behulp van dossiergegevens, tests en observaties. Er wordt informatie verzameld over sociale vaardigheden, arbeidshouding en mogelijkheden. Sommige diensten organiseren observatieweken waarbij de cliënt verschillende taken uitprobeert en geobserveerd wordt.

Aan de hand van formele en informele waarnemingen wordt een Profiel bij Start opgemaakt. Dat profiel kan steeds bijgesteld worden.

Tips:

• Wanneer documenten, zoals een IDO (individuele dienstverleningsovereenkomst), moeten worden ondertekend, moet de jobcoach zich bewust zijn van het juridische statuut van zijn cliënt, en van het kader van de dienstverlening. Een cliënt met een bewindvoerder voor zijn persoon moet zijn documenten door de bewindvoerder laten ondertekenen. Indien de cliënt een bewindvoerder voor zijn goederen toegewezen kreeg, mag de cliënt zelf tekenen als het RTH betreft(vermits het niet over zijn financiën gaat), maar moet de bewindvoerder tekenen als het over PVB gaat.

• Het is belangrijk dat de jobcoach zijn cliënt voldoende ruimte laat om te dromen en de meest onrealistische verwachtingen uit te spreken. De ervaring leert dat creatieve jobcoaches uit dat ruwe materiaal haalbare projecten kunnen halen.

• Er is voldoende materiaal voorhanden om ook cliënten met heel vage dromen of verwachtingen te helpen. Dat kan aan de hand van een arbeidsinteressetest, het werksporenboek, verhalen van andere cliënten of bezoekjes aan interessante voorbeelden.

• Tempo is belangrijk: een jobcoach moet niet alles weten – zelfs niet veel weten.  Een richting is belangrijk om in beweging te komen.  Het echte werk gebeurt on-the-floor.

3. Jobfinding

Deze stap omvat alle activiteiten die tot doel hebben een geschikte werkplek te vinden. Aan de kant van de cliënt wordt rekening gehouden met zijn of haar interessegebieden, de meest geschikte sociale omgeving, mogelijkheden en draagkracht, en met praktische aspecten als de afstand tussen de woon- en de werkplek en verplaatsingsmogelijkheden.

Aan de kant van de bedrijven wordt kennis opgebouwd over hun geschiktheid om mensen in te schakelen die nood hebben aan ondersteuning. Een zeer degelijke kennis van de lokale arbeidsmarkt is hierbij noodzakelijk. Adressen vindt de jobcoach op het internet, door rondvragen en rondrijden, in reclamefolders, in het eigen netwerk of in het netwerk van de cliënten.

Zowel de jobinhoud als het profiel van het bedrijf zijn belangrijk. De bedrijfscultuur kan zelfs belangrijker zijn voor het welslagen van het traject dan de taken op zich. Wat is de motivatie van de werkgever? Hoe kijken de directe collega’s naar Begeleid Werken? Hoe gaan mensen met elkaar om? Met hoeveel mensen zal de cliënt samenwerken? Is er een collega aanwezig die de begeleiding van de cliënt ter harte wil nemen?  

Bij het zoeken naar een geschikte werkplek staat steeds de vraag van de cliënt centraal. Er wordt gezocht naar deeltaken die een aanvulling zijn op wat betaalde krachten presteren. Vaak worden aanvullende jobs gecreëerd, zoals koffie rondbrengen in een bedrijf waar de werknemers vroeger zelf koffie gingen halen (jobcarving). Het is immers niet de bedoeling dat Begeleid Werken een bestaande tewerkstelling vervangt.

Voor sommige cliënten is het aangewezen dat de jobcoach eerst zelf even in het bedrijf meedraait vooraleer de cliënt geïntroduceerd wordt. Zo kan het voor personen met autismespectrumstoornissen nodig zijn dat de jobcoach eerst een goede taakanalyse maakt en nagaat of de sociale context van het bedrijf geschikt is voor de cliënt.

4. Jobmatching

De jobcoach gaat na of de voorkeuren en vaardigheden van een cliënt gekoppeld kunnen worden aan een gepaste job. Wanneer er voldoende vertrouwen is dat de inschakeling in een bedrijf een grote slaagkans heeft, wordt een bezoek gepland. Samen met de werkgever wordt de taakinhoud bekeken en worden concrete afspraken gemaakt. De cliënt maakt kennis met de directe werkbegeleider en collega’s en krijgt een rondleiding.

Soms wordt een testfase ingebouwd. De cliënt ervaart dan ter plaatse wat er van hem verwacht wordt en de werkgever krijgt op zijn beurt de kans om de cliënt beter te leren kennen. De jobcoach kan gericht observeren.

De initiële keuze voor een bepaalde job is maar een eerste stap: er zal daarna voortdurend geknipt en gesleuteld worden aan de job, tot die past als een design-pak voor de begeleidwerker.  En soms dient zich een drastische overstap aan – binnen hetzelfde bedrijf, of naar een ander bedrijf met een andere bedrijfscultuur.

5. Jobcoaching

De jobcoach start met een opleiding op de werkvloer. Hij leidt de cliënt ter plaatse op, leert hem de verschillende facetten van de taken kennen en zorgt voor de nodige aanpassingen, pictogrammen en geheugensteuntjes om bepaalde handelingen vlotter te kunnen uitvoeren. Door zijn aanwezigheid in het bedrijf kan de jobcoach zich het best een beeld vormen van de uit te voeren taken en de bedrijfscultuur.

De jobcoach investeert in de relatie tussen zijn cliënt en de directe werkbegeleider en collega’s. De ervaring leert dat de aanwezigheid van een vertrouwenspersoon in een bedrijf bepalend is voor het verdere welslagen.

De jobcoach gaat na of de cliënt training nodig heeft om zich van en naar het bedrijf te verplaatsen, en of hij de afspraken kent over zaken als toiletbezoek, pauzes en rookbeleid.

Meestal is de coaching in de beginfase erg intensief, maar neemt die intensiteit systematisch af. Er is een evolutie van een permanente aanwezigheid naar begeleiding op afstand. Eén van de kernelementen van Supported Employment is de duurzame begeleiding. Werkgevers en cliënten krijgen de waarborg dat zij steeds, onbeperkt in tijd, een beroep kunnen blijven doen op de jobcoach of de dienst Begeleid Werken. Elk jaar is er een evaluatie van de tevredenheid, waarbij zowel de cliënt als de werkgever gepolst worden.

Het is die blijvende begeleiding die het succes van Begeleid Werken uitmaakt:  zo weinig als mogelijk, zoveel als nodig.

De jobcoach als functie

Begeleid Werken staat en valt met de kwaliteit van de jobcoach. Het mandaat moet duidelijk omschreven zijn. Functieprofielen, een functiegerichte kennis en vaardigheden zijn daarbij essentieel.

Een jobcoach moet geen specifieke vooropleiding hebben, maar wel een brede kennis:

• kennis van alle mogelijke types van handicap en hun ondersteuningsnood;

• kennis van alle mogelijke vormen van hulpverlening, algemeen en lokaal.  

• Hij moet ook voeling hebben met de bedrijfswereld, en zich snel kunnen aanpassen aan de gepaste bedrijfscultuur.  

• Hij moet weten waar wat te vinden is.  

• En hij moet instaat zijn op korte tijd een helder verslag te maken, en dit consequent volhouden.

Het is een mobiele job zonder vast uurrooster en met minstens de helft van de werktijd on the road. Empathie is een basiscompetentie evenals voldoende extravert zijn. Proactief initiatiefnemen is vanzelfsprekend en hetzelfde geldt voor zich binnen de afspraken te houden. Een jobcoach werkt alleen, al is hij voortdurend tussen mensen bezig. Snel schakelen is even belangrijk als zeer geduldig volharden.

De andere hoofdstukken lees je HIER

Lees het document